dinsdag 31 maart 2020

Hij wist altijd alles en deed een stiel die hem paste als een koerstruitje. Bedankt, André!


3 jaar was ik, toen André Meganck als chauffeur bij de BRT aan de slag ging. Mijn koersliefde ontlook en bloeide met André in het decor. Geen koers zonder André, of zo leek het toch. Zelf belandde hij eerder stoemelings in de koers, toen hij gevraagd werd de koersverslaggevers en cameramannen te vervoeren, een stiel die hem paste als een koerstruitje.

André promoveerde gestaag van chauffeur tot regelneef en ervaren sherpa. Niemand kon beter een bestofte of beslijkte renner tot voor de camera’s brengen dan André. Niemand was beter in tijden en verschillen registreren. André overleefde Fred De Bruyne en Mark Vanlombeek, die hij de beste wielercommentator ooit vond – maar had een hekel aan Michel Wuyts, iets waarover hij nooit heeft willen uitweiden. In de loop van zijn schijnbaar eeuwige carrière krabbelde hij een uniek telefoonboek vol contacten bij elkaar.

Geen schijnwerpers

André wist altijd alles, nog voor de betrokkenen zelf ergens van wisten. André kende het tijdsverschil bovenop de Col de la Madeleine nog voor de ploegleiders hun stopwatch hadden ingedrukt, tot op de seconde. André wist perfect in welke bocht er een verraderlijke put lag. André wist altijd wie hij moest bellen om iets geregeld te krijgen. Koerstwitter rekende op zijn legendarische snelheid. Wie mee wilde zijn volgde André.
Van schijnwerpers moest hij niet weten. André was geen Roger De Vlaeminck, maar een Jens Voigt. Alles voor de koers, maar wel in de coulissen. André zonder koers. Ik was niet graag met hem getrouwd geweest. 240 dagen per jaar was hij van huis, de koers in. Geen André zonder koers. Maar wat had ik graag eens bij André achterop de motor gezeten in de Tour, veilig zwalpend en dokkerend achter zijn brede rug, permanent van alles op de hoogte.

Meesterfixer

De meesterfixer zou nooit een 40e Tour de France fixen, maar bleef steken op het lelijke cijfer 39. Pensioen is genadeloos. Ik hoop voor André dat er gekoerst wordt in het hiernamaals, waar hij als rechterhand van z’n oude vriend Mark Vanlombeek de allermooiste koers volgt. Wouter Weylandt, Antoine Demoitié, Michael Goolaerts en Frederiek Nolf sleuren beurtelings aan kop op de Puy de Dôme om vluchter Bjorg Lambrecht terug te brengen.
André zal tot op de nanoseconde weten hoeveel het tijdsverschil bedraagt. Hij goedkeurend knikken wanneer Bjorg de achtervolgers 39 seconden voor blijft en zegevierend over de meet komt. Daarna zal hij z’n brede arm rond de frêle klimmersschouders slaan en de jeugdige winnaar in looppas tot bij Mark brengen voor het nagesprek.
Dag, André. Bedankt, André.

wielerverhaal.com

  Beste Stuurkens, ondertussen is 2021 gestart, hopelijk voor iedereen op een goede manier. Ondertussen hebben we niet stilgezeten. Zoals ju...